1 februari 2020

Mijn 10e LDW 10 Bossche 100 – 24-25 januari 2020

“Nog ff koffie halen, nu het nog kan,” groet ik Adrie Romijn bij de start v.d. Bossche 100.

Een paar minuten voor 22 uur wandelen ruim 100 wandelaars vol goede moed de duisternis in. Ja de marsleider had niet zoveel mededelingen, dus we mogen al lopen.
“Heb je ooit zoveel trappen in het begin van de tocht gehad?”, vraag ik Annie. Annie schudt haar hoofd en lacht:” Elke keer is het weer anders en dat al 33 x.”  Annie kan het weten, ze liep de tocht 32 keer!  Zodra we de bebouwde kom verlaten begint het glibberen en glijden. De routebouwers hebben weer hun best gedaan om zoveel mogelijk modderpaden en blubber weggetjes op te zoeken. Nou dat is best aardig gelukt 🙂

Annie, Jajo, Roelof en ik blijven de hele nacht samen op lopen.  De tijd gaat snel voorbij en het is berengezellig. Annie was vroeger kleuterjuf.” Weet je wat het mooiste cadeau was dat ik kreeg?” Een verfrommelde kleurplaat, die een kleuter met grote blije ogen aan haar gaf. “Alsjeblief juf!” Ze geniet er nog van als ze eraan terugdenkt.

De route

Jajo, Roelof en Annie

 

“Het is niet te geloven! Zijn we weer verkeerd gelopen, net als vorig jaar.” Pijltje gemist. Jajo en Roelof zetten er stevig te pas in en we arriveren net 2 minuten te laat bij de 2e lus. Gelukkig is de organisatie coulant en mogen we nog starten voor dit ‘lusje’ van 4 km.

 

“Hee Cris, liep jij wel goed?” vraag ik. Cris grijnst: “Deze keer wel, en ik kwam niemand tegen, “; “dus er zijn veel omgelopen”, vul ik aan. We zijn zo druk in gesprek, dat we bijna het boek voorbijlopen. Boek? Ja, halverwege de lus hangt een oud woordenboek in een boom. Je scheurt een bladzijde uit het boek en neem het mee terug en levert deze in bij de organisatie bij de binnenrust. Als bewijs dat je de lus hebt gelopen. Een grappige gewoonte.

 

 

Een selfie!

Bladzijde als bewijs.

Voor de abdij in Heeswijk Dinther maak ik een vrolijke selfie. Net voor de binnen rust komen we een supermarkt tegen. “Mmm…. Wie wil er een snicker?”  “Lekker” zegt Roelof en Jajo knikt. In de winkel koop ik snel een multi pack van 9 stuks. Cris loopt relaxt met z’n handen achter zijn rug. Ik duw er een snicker in. “Hey, da’s een goed idee”, grijnst zijn buurman, die meteen met zijn handen op de rug gaat lopen. “Ja, jij krijgt er ook eentje”, lach ik.

“Wie schommelt er mee?” Nee dank je, zeker niet boven het water in de winter, vindt Roelof. Ik besluit het ook maar niet te doen, na ruim 70 km is mijn balans ook niet meer je-van-het.

 

 

Schommelen boven het water?

De Stapstenen

 

Tien km verder krijgen we een nieuwe uitdaging: Stapstenen. “Oei help, wat spannend ”zucht Annie. Roelof een echte gentlemen, helpt haar stap voor stap bij het oversteken. “Oh nee, weer modder”, puft Annie. Jajo klemt zich vast aan een paaltje. Alleen Roelof stampt met zijn boots dwars door de blubber. Zelf kan ik net blijven staan en glibber door.

De verzorging onderweg is weer prima. We worden verwend door de enthousiaste vrijwilligers bij de wagenrusten. “Het is heel leuk om te doen”, vindt Sandra: “De wandelaars zijn altijd blij en dankbaar, want ze krijgen eten en drinken van ons!” En zo is het!

 

 

Enthousiaste vrijwilligers

Het Brabantse Landschap

De laatste loodjes wegen het zwaarst. Vermoeidheid slaat toe. Al bijna 100 km gelopen. “Mooi wandelgebied hier mevrouw”. De dame met haar hondje knikt. “Wat lopen jullie?” Ik leg haar uit wat we hebben gedaan. “Nou succes nog even”, zegt ze vol verbazing. ‘t Was een bewolkte, koude maar droge dag. Hele weg handschoenen aan gehad. Lekker warm!

Hartelijk dank aan alle vrijwilligers en de organisatie voor hun inzet!

 

 

 

w.g.
David Gerrits